Dankzij het aanleggen van waterretentie-meren in Tamera (waarover later meer), zijn er nu steeds grotere oppervlaktes geschikt om jaarrond voedsel te produceren, waar dit voorheen slechts een paar maanden per jaar kon vanwege sterke erosie, en velden die in de zomer te heet en droog zijn, en in de winter juist te nat.

Rond de oevers van de nieuwe meren zijn terrassen aangelegd, met stabiele watercondities en de mogelijkheid voor bodemopbouw. Op deze terrassen worden voedselproductie-systemen aangeplant:

• Eetbare bomen, struiken & kruidlaag op de schuine hellingen: een voedselbosrand-systeem;
• Mengteelt van eenjarige groenten, kruiden en bloemen op de vlakke delen.

Malika werkte tussen 2009 en 2014 mee aan een aantal van deze projecten.

1. Voedselbos-randen op de hellingen

• Aanplant van de boom- en struiklaag, olv Sepp Holzer:
  • Een patroon van hoogstam-fruitbomen als hoogste laag: appel, peer, perzik, pruim, nectarine, kweepeer, nashi-peer, granaatappel, vijg, wolmispel;
  • Daartussen groepjes van bessenstruiken, zoals aalbessen, kruisbes.

• In extensief beheerde zones werd de natuurlijke kruidlaag-ontwikkeling gestimuleerd en af en toe gemaaid;

• In zones met intensiever beheer werden aanvullend de volgende lagen aangeplant en beheerd:
  • Vaste houtige lage struikjes in de onderlaag, vooral aromatische keukenkruiden als rozemarijn, salie, tijm;
  • Bodembedekkers zoals aardbei;
  • Knolgewassen en diepwortelaars voor de bodemverbetering, zoals aardpeer;
  • Hier en daar aangevuld met klimmers, zoals druif.

2. Mengcultuur teelt van groenten, kruiden en bloemen op de vlakke terrassen

• Vaste bedden met aanplant van eenjarigen in rijen. 1 rij met een hoofdteelt in het midden (bijv tuinboon, kool of tomaat), daarlangs aan 2 zijden een enkele of dubbele rij met aanvullende gewassen, bijv die eerder te oogsten zijn (zoals sla, radijs, snijbiet, rucola etc), die zich over de bodem verspreiden (bijv zomerpostelein, wat zichzelf spontaan uitzaaide), of die juist de hoogte ingaan om schaduw te bieden tegen de zomerse hitte (zonnebloem);
• Irrigatie door regelmatige druppelbevloeiing, wekelijkse bewatering in boomringen, en de traditionele irrigatiesystemen in de regio, waarbij het water via open kanaaltjes en dammetjes geleid wordt;
• Experimenten om het organisch stof-gehalte in de bodem te verhogen, door een deel van de gewasresten en knolgewassen op en in de bodem te laten, en door het opbrengen cq inwerken van houtsnippers op nieuw aangelegde bedden;
• Hügelkultur: teelt op heuvelbedden volgens systeem Sepp Holzer. Ook hierbij werd een combinatie ingeplant van bomen, vaste kruiden en eenjarigen;
• Tunnelkassen voor opkweek van eenjarig plantmateriaal en kruiden, en verlenging van het seizoen voor groenten (tomaat, komkommer, courgette, sla);
• Zadenproject: eigen tuinen, verwerking- en opslagschuur voor het kweken van groenten om eigen zaadgoed te winnen en veredelen.